Sinds alweer 5 jaar heb ik een huis. Daarvoor was ik dakloos. Toen ik nog dakloos was had ik een auto waar ik in sliep.
Als ik dan bijvoorbeeld vandaag dacht: “ik ga vanavond in Hoek van Holland slapen”, kon dat gewoon.

Waar ik ook sliep, ik sliep altijd met één oog open.
Maar voelde me wel vrij!

Soms kwam de politie langs, midden in de nacht en ging ik met een geel papiertje opzak weer verder.
Tot dat ik mijn woning kreeg.

Wat een feest. Je krijgt bijzondere bijstand en als slagroom op het toetje weten alle schuldeisers ook weer waar je bent. 
Kortom, heel veel stress erbij niet alleen ‘s nachts met één oog open slapen maar ook overdag met gespitste oren thuis zijn of niet weer de bel gaat met een schuldeiser aan de deur.

En als je pech hebt dan is het geen deurwaarder, maar de politie.
Dit moet dan je veilige haven zijn, je huis.

De plek waar je je thuis moet voelen.
Je huisje mooi inrichten heeft ook weinig zin, omdat het toch mee met meneer de deurwaarder.

En meneer politieagent heeft ook niet een 9 tot 5 baan. Als je overdag niet thuis bent, komen ze gewoon weer om 5 uur ’s nachts terug.
Ik ben nog steeds niet dakloos. Ik slaap wel weer met één oog open en houdt mijn oren overdag gespitst voor meneer de deurwaarder.

Ik kan niet meer denken “vandaag slaap ik eens ergens anders”.

D. Loos