Nederland is met de rest van de wereld sinds begin 2020 in de greep geraakt van het coronavirus – SARS-CoV-2, dat de ziekte COVID-19 veroorzaakt. De maatregelen die sinds maart zijn genomen, hebben grote impact gehad op het dagelijks leven van alle Nederlanders.

Bedrijven zijn gesloten en mensen moeten zo veel mogelijk thuis blijven. De Tweede Kamer riep via de motie Segers c.s. het kabinet-Rutte III op ‘de regie te nemen en alles in het werk te stellen om … op korte termijn te komen tot afspraken over het realiseren van voldoende opvanglocaties en quarantaineafdelingen en de plaatsing van dak- en thuislozen.’ Met als doel ‘de bescherming van de gezondheid van deze kwetsbare groep en … de verspreiding van het coronavirus te voorkomen’.

De Algemene Rekenkamer heeft in de periode 2002 tot 2009 onderzoek gedaan naar de opvang van dak- en thuisloze jongeren, ook wel ‘zwerfjongeren’ genoemd en de resultaten hiervan in 7 rapporten gepubliceerd. Als reactie op ons laatste rapport uit 2009 gaf de toenmalige minister voor Jeugd en Gezin het startsein voor een actieprogramma gericht op zwerfjongeren. In 2019 – circa 10 jaar later – bleek uit cijfers dat het aantal zwerfjongeren was toegenomen en lanceerde de staatssecretaris van VWS opnieuw een actieprogramma gericht op zwerfjongeren. Het doel van dit actieprogramma is het aanpakken van de knelpunten waar zwerfjongeren vaak tegenaan lopen. Het gaat dan om ‘een betaalbare woonplek, voldoende kansen op een opleiding en een baan, financiële zelfredzaamheid en voldoende zorg en ondersteuning.’

Lees het complete verhaal, inclusief verwijzingen, op de website van de Algemene Rekenkamer:

Lessen uit onderzoeken voor Actieprogramma Zwerfjongeren